Vanuit Australië hebben we het vliegtuig genomen richting Jakarta, de hoofdstad van het vroegere Nederlands-Indië, vandaag Indonesië. Wat ons meteen opviel was de chaos in de vuile en stinkende straten! Al een geluk dat het eten ons wel goed beviel en dat ons hostel heel plezant en rustgevend was want voor de rest viel er werkelijk niets te beleven in Jakarta. We werden zelf door de lokale mensen al snel aangeraden onze reis verder te zetten in het oostelijk deel van Java of zelf om meteen het vliegtuig te nemen richting Bali. We kozen voor het tweede en een aantal dagen later zaten we alweer op het vliegtuig. Nr. 10 sinds september!
Bali
Eens aangekomen in Denpasar, de hoofdstad van Bali, zijn we naar Kota gegaan. Veel Australiërs vinden hun weg naar Kota om te surfen en te feesten. Het enige wat we daar dan ook tegenkwamen waren bars, discotheken, restaurants en souvenirwinkeltjes. Verschrikkelijk. We besloten meer inlands te trekken en op zoek te gaan naar het echte Bali. Uiteindelijk denken we dit gevonden te hebben in en rond Ubud. We genoten er van een 'monkeyforest', een leuke wandeling tussen prachtige rijstvelden, het lekkere eten, de mooie tempels, enz.
Verder was het impressionant om zien hoe de Balinezen met hun geloof bezig zijn. Bijna elk huis beschikt over zijn eigen hedonistische tempel en offers lagen overal op het voetpad waardoor we werkelijk moesten opletten om ze niet allemaal omver te lopen. Ook de 'besakih' tempel, de grootste tempel op Bali, die op de helling van een vulkaan ligt, is fantastisch om zien.
Bali is voor ons een zeer speciaal eiland dat je niet snel ergens anders zal tegenkomen. Toch zijn we tegelijk ook een beetje teleurgesteld in Bali. Want veel mooie fotos die ons naar het eiland hadden gelokt, zoals de foto's op de postkaarten, zouden 10 a 20 jaar geleden zijn genomen. Vandaag staan overal gebouwen langs de wegen en is het zoeken naar een mooi stukje natuur. Als je dan een stukje natuur gevonden hebt, achter de huizen, hotels of restaurants is het adembenemend mooi maar tegelijk frustrerend om zien hoeveel het toerisme van die schoonheid al heeft afgenomen!
De Gili eilanden
Tussen Lombok en Bali bevinden zich drie kleine eilandjes, genaamd de 'Gili Islands'. We verbleven vier dagen op het grootste eiland, Gili Trawagan, om dan door te trekken naar Lombok.
Er waren geen wagens en brommers toegelaten op Gili dus alle vervoer was te voet, met de fiets, met de brommer of met een paard en kar. De stranden waren magnifiek met hier en daar gezellige bartjes en een helderblauwe zee. Ons hoogtepunt was zeker weten wanneer we boven een stukje koraal aan het snorkelen waren en compagnie kregen van een reuzenschildpad :)
Lombok
Op een klein uur bracht een bootje ons vanuit Gili Trawagan naar Lombok. Van daaruit namen we een taxi tot in Kota ( hard moeten negotiëren voor een scherpe prijs: 10 IDR + een t-shirt) in het zuiden waar we een brommer hebben gehuurd en gedurende twee dagen simpelweg hebben rondgereden. Dit was prachtig, absoluut wat we zochten! Vriendelijke, authentieke 'locals', mooie natuur, niet zo toeristisch en lekker eten. Het was dan ook met pijn in het hart toen we Lombok moesten verlaten.
Volgende blog: Singapore.
Groetjes,
Flo&Ollie
Geen opmerkingen:
Een reactie posten